Bij studeren komt
meer kijken dan je denkt. Het gaat namelijk gepaard met heel veel grote kleine
problemen. In plaats van de seniorvakkenvuller bij je plaatselijke supermarkt
of de oudste op de middelbare school te zijn, ben JIJ nu de feut, het kleintje,
het sukkeltje, de onwetende. Alles is nieuw en onbekend.
Waar bevind ik me
überhaupt in de stad? Ik ben verdwaald in het centrum van Utrecht wanneer ik
word aangehouden door een verkooppraatje van WWF. Zo’n gladjanus eerste klasse,
die jou wel even denkt in te peperen door te zeggen dat je er super leuk uit
zien op deze ‘donderdag-complimentjes-dag’. Terwijl ik het doelloze
verkooppraatje aanhoor, bedenk ik me ineens dat ik deze knul met rode pukkel op
z’n neus – kerst is vroeg dit jaar? - kan gebruiken. Ik wijs zijn ‘symbolisch-bedrag-storten-om-je-stem-te-laten-horen-voor-tijgers’
(want zij hebben geen stem, duh) af en vraag of hij me in de richting van het
centraal station kan helpen. Huppa, waar meepraten over tijgers wel niet goed
voor kan zijn.
Bij welke halte stap
ik uit? Zelfs meneer de buschauffeur kent de stad niet op z’n duimpje. Ik
besluit voor alle zekerheid de komende paar dagen de bus te nemen richting
Centraal, om vandaar uit uit te zoeken welke bus ik moet nemen richting mijn
kamer. Jammer dat mijn studenten-OV nog niet is ingegaan. Thuis pak ik mijn oh
zo handige kasboekje erbij. ‘Onverwachte kosten: €10’.
“Hey mam, zijn twee broden voor €1,50 niet vet
goedkoop?!”
“Ja, en waar ga je die broden laten als ik vragen mag? Het brood is
al beschimmeld voordat je er weer naar kijkt.” Moeders. Op afstand.
Ook leer je als
beginnend student je taalgebruik te veranderen. Het woord ‘chill’ moet dan ook
minstens 10 voorkomen in het gesprek. Wat verder heel chill is, want dan heb je
tenminste iets te zeggen tijdens je 3e, 4e, 5e
kopje koffie. Wat mij brengt op voeding. Ik ben begonnen met het
zo-min-mogelijk-eten-dieet, scheelt weer centjes en vetjes. Gewoon lekker chill
leven op water en brood en op je werk jezelf voltanken met thee en koffie.
“Ga je vanavond
nog mee?”
“Sorry, de
laatste bus naar m’n kamer vertrekt om 00:00 uur, dus dat heeft niet veel nut.”
“Oh ja, dat is
waar. Maar de volgende gaat om 05:00 uur, dus da’s wel chill.”
“Ja. Even vragen
aan m’n hospita. Of ze dat goed vindt.”